Vraag: hoe voorkom ik loonheffing vakantiekrachten?Ik ben in de opstartfase van een bedrijf in de recreatie(watersport) sector. om de kosten van vakantiekrachten te drukken kwam ik op het volgende idee. De vakantiekrachten worden vrijwilligers en richten hun eigen vereniging op ten promotie en stimulatie watersport in Nederland. Zij zijn dan niet (meer) in dienstverband van het bedrijf. Het bedrijf vraagt de vereniging bepaalde diensten te leveren, omdat zij de zelfde visie delen op watersportgebied. je zou kunnen zeggen dat zij samenwerken. Op losse basis geeft het bedrijf giften aan de vereniging, die daarvan hun onkostenvergoedingen, uitjes en kleding voor de vrijwilligers kunnen betalen. De vergoeding die de vrijwilligers ontvangen komt niet boven de wettelijke limiet uit voor een dergelijke vergoeding. Doel hiervan is om de loon te verkappen tot onkostenvergoeding. En zodoende minder administratie en loonkosten te bereiken. P. H. te Amsterdam. |
De constructie zoals u die beschrijft is niet nieuw. In een ander vakgebied uit mijn verleden bleek een conculega een personeelslid te betalen door giften of te dure aankopen te doen bij een stichting waar zijn werknemer belang bij had. Die stichting betaalde kosten van een hele dure hobby die beoefend werd door die medewerker. Ze zijn bij mijn weten nooit gesnapt door de Belastingdienst.
Een veilige oplossing vind ik het niet. Gesteld dat u een keer een belastingcontrole krijgt waarbij opvalt dat u regelmatig betalingen doet aan de door u genoemde vereniging. U moet dan toch iets vertellen over het zakelijke belang dat u heeft bij die betalingen. In eerste instantie wordt gekeken naar een of twee perioden van een kalenderjaar, en als dit soort dubieuze posten gevonden worden heb je het plotseling over de samenhang binnen een periode van vijf jaar. De ene keer betaalt u voor geleverde diensten en de andere keer doet u een gift? Het is dan geloofwaardiger dat uw giften bedoeld waren als prijssubsidie, dus om te bereiken dat u een lagere prijs mocht betalen voor geleverde diensten. En waar bestonden die diensten uit? Misschien ging het wel om de inzet of aanwezigheid van mensen? Dus iemand deed werk, en u betaalde voor in die week geleverde diensten meer dan 40% van het minimumloon? Vermoedelijk betaalde u omdat er werk gedaan werd zoals u dat gedaan wilde hebben, en dus was u werkgever. Helemaal als de vereniging betalingen doet aan mensen die bij uw bedrijf rondlopen, wordt het voor de Belastingdienst prijsschieten. U moet zich realiseren dat de Belastingdienst u te grazen kan nemen via een boekencontrole bij die vereniging.
Als de Belastingdienst eenmaal heeft vastgesteld dat uw betalingen voldoen aan de criteria van loonbetaling, dan wordt het feest. U beschikt niet over een loonadministratie, dus u heeft niet vastgelegd aan welke personen u heeft betaald. Het hoogste belastingtarief geldt dus, onder de noemer anoniementarief. Omdat u niet zelf aangifte deed krijgt u een boete. Die boete wordt niet verlaagd tot 25% maar blijft 100% omdat er opzet in het spel was. Met een beetje geluk krijgt u ook nog boetes omdat u geen kopietjes van geldige identiteitspapieren van uw werknemers in uw administratie heeft. En waar u aan werknemers sommige kosten mag vergoeden zit die mogelijkheid er niet meer in als u de zaak eenmaal flink heeft laten escaleren. Personeelsuitjes mag u als werkgever wel betalen, maar dat ligt natuurlijk moeilijker als u geen relatie met die mensen hebt.
Natuurlijk zijn er wel slimmere mogelijkheden. Voor personeel dat bij u in de winkel werkt moet gewoon loonbelasting afgedragen worden. Op http://www.eloon.nl wordt inzichtelijk hoe u een volledige loonadministratie regelt: u levert de benodigde documenten aan en krijgt per email de wettelijk verplichte loonstroken en een kopie van de aangifte loonheffing. Wilt u vooral minder verantwoordelijkheid voor de hele papierhandel, dan biedt een uitzendbureau als http://www.zerotax.nl de dienst om alle loonbetalingen en verplichtingen voor de Belastingdienst te regelen; u heeft dan niet meer administratie dan wekelijks een factuur van een dienstverlener.
Mogelijk richt een deel van uw bedrijf zich op het op bootjes rondvaren van toeristen, of de verhuur van bootjes aan dagjesmensen. Uitvoering van die activiteit kunt u natuurlijk gunnen aan een vereniging zoals u beschreef. Het deel van de verhuuropbrengst dat niet bestemd is voor de vakantiekrachten factureert u aan de vereniging. U loopt dan zelf niet meer zo in de kijker bij de Belastingdienst. De vereniging loopt dan nog wel het risico in de klem gezet te worden bij een eventuele belastingcontrole, maar dat heeft niet direct betrekking op u. Als het om een bedrag gaat dat groot genoeg is en de banden tussen u en de vereniging zijn te zichtbaar, dan loopt u natuurlijk wel het risico dat een belastingcontroleur met succes stelt dat u een opzetje heeft gemaakt om belasting te ontduiken. Daarom zou u kunnen overwegen om als ondernemer boten te verhuren aan vakantiekrachten, die zelf weer (mogen) verhuren aan toeristen. Voor de fiscus blijft er natuurlijk wel een inkomen achter bij die vakantiekracht, die daar na afloop van het jaar ook zelf aangifte voor moet doen, maar de kans is groot dat het inkomen van uw vakantiekracht uiteindelijk zo klein is dat er helemaal geen sprake is van daadwerkelijk te betalen belasting.
Duidelijk mag zijn dat de materie complex is. Mijn uitleg is bedoeld om duidelijk te maken dat een reeks omstandigheden relevant is, en om aan te geven op welke bedragen belasting u ongeveer mag rekenen. Uw individuele omstandigheden zijn echter relevant. Als u het echt goed geregeld wilt hebben en u echt wilt weten hoe het zit, kan een betaald adviesgesprek zinvol zijn. Een adviseur is in staat om het verschil tussen uitleg en procedurele
regels uit te filteren, en rekening te houden met individuele omstandigheden.
In communicatie met de Belastingdienst weet een professional dit zo te verwoorden dat het voor de Belastingdienst herkenbaar is; voor een particulier is het geen schande als dat niet lukt, maar de consequentie van bezuinigen op professionele begeleiding.
© Jeroen van Rossum, 5 oktober 2007.